2.1.1.4.1 Arbeid

Arbeid is het verrichten van relatief fysieke bezigheden die nut hebben voor diegene die de arbeid verricht, en voor zijn naaste omgeving en/of de maatschappij als geheel. 

Hoe doe ik dat? 

  1. U weet dat arbeid wordt verricht binnen een bepaald stelsel van afspraken en regels. U kent het kader 
  2. U heeft oog voor het stelsel van afspraken en regels, de gezagsverhouding waarbinnen de werkgever de beschikkingsmacht heeft over de arbeidskracht in ruil voor beloning. U kent de arbeidsrelatie
  3. U beseft dat werkgever en werknemer verschillende belangen hebben. U reguleert
  4. U verdiept zich in fenomenen als rationalisering en bureaucratisering, u richt zich op de arbeidsorganisatie
  5. U bent bekend met zaken als collectivisering en institutionalisering. U focust op de arbeidsverhoudingen
  6. U heeft oog voor (toenemende) regulering en organisatie, u let op de arbeidsmarkt.

Meer weten? Zie Werk