2.2.2.3 Groepsstructuur

Organiseren impliceert per definitie groepsvorming en dat impliceert altijd differentiatie en integratie. Deeltaken moeten goed hiërarchisch gesplitst zijn (differentiatie), maar er moet vervolgens ook een juiste samenwerking van de diverse deeltaken zijn met het oog op een totaalconcept (integratie).

Hoe doe ik dat?

  1. U let op de socio-emotionele relaties binnen de werkomgeving, bijv. ten gevolge van taakonzekerheid
  2. U heeft een scherp oog voor wat zich afspeelt binnen en tussen groepen, de groepsdynamiek
  3. U zorgt ervoor dat het individu tot zijn recht komt, u emancipeert 
  4. U regelt de mogelijkheid tot contact
  5. U zorgt voor gelijkheid in opvattingen, u stuurt richting gelijkgezindheid
  6. U past zich aan en zorgt dat anderen zch aanpassen, u socialiseert
  7. U zorgt voor een balans tussen het eigen- en gemeenschappelijk belang, u pendelt of  laveert

Meer weten? Zie Bedrijfsvoering-model

Nog meer weten? Zie ELO-Samenwerking